Categorieën
WoordHoek

Eindspel

Het reproductiegetal van het woord eindspel is rap aan het stijgen, stelt Ewoud Sanders. Maar hij vindt het een soort Hollywoodwoord.

Het kan u niet zijn ontgaan: het reproductiegetal van het woord eindspel is rap aan het stijgen. Dat komt doordat je vorige week opeens overal kon horen en lezen dat de pandemie aan haar eindspel is begonnen. Door al die aandacht voor dit “pandemische eindspel” lazen we ook over het corona-eindspel. Een sprong naar een heel ander domein bleek geen probleem. De Britse premier Boris Johnson ligt zwaar onder vuur vanwege alle borrels in zijn ambtswoning. Volgens sommige deskundigen is ook deze politicus nu begonnen aan zijn eindspel.

Eindspel is een woord uit de wereld van het schaken en dammen. De betekenis is: laatste gedeelte van een partij. Figuurlijk wordt het gebruikt voor de beslissende laatste fase van een ontwikkeling.

Meesterlijk gespeeld

Je zou denken dat eindspel een leenvertaling is van het Engelse endgame, maar het kan ook andersom zijn gegaan. In het Nederlands vinden we eindspel vanaf 1837. Het is voor het eerst te vinden in Sissa, Nederlandsch maandschrift voor het schaakspel, onder meer in de zin: “Het geheele eindspel is meesterlijk gespeeld”. In het Engels duikt endgame vanaf 1848 op.

Het duurde opvallend lang voordat eindspel overdrachtelijk werd gebruikt. Een vroeg voorbeeld stond in 1922 in een literair tijdschrift.

Thans leef ik in afwachting. Mijn lichaam sluimert nog immer, maar in mijn hersenen is er soms een hevige spanning. Als ware ik een in het eindspel voorgeschoven pion, die voorloopig niet van zijn plaats komt, omdat er zich nog te veel tegenstrijdig denken op samentrekt.

De dichter Han G. Hoekstra (1906-1988) noemde in 1933 een gedicht “Klein eindspel”, maar in de verzen zelf komt die woordcombinatie niet terug. En in een dichtbundel uit 2004 van Leo Nolens vinden we deze regels:

Ik heb die beiden rechtgezet en opgenomen
In de klagende nomenclatuur van onze dromen.
Vervolgens heb ik hun grimassen opgeschreven
Van ons voorspel, Zoet, ons eindspel van hun kus.

Hollywoodwoord

Terug naar het pandemische eindspel – de woordcombinatie die nu zoveel opgang maakt. Volgens deskundigen kunnen pandemieën op twee manieren eindigen. Bij een “medisch einde” wordt de ziekte uitgeroeid, maar dat is toe nu slechts één keer gelukt, namelijk met de pokken (met polio gaat het de goede kant op). En dan heb je een “sociaal einde”. De ziekte blijft dan wel bestaan maar is minder dodelijk, niet zo ontwrichtend, mensen zijn er minder bang voor.

Je hoeft geen arts of epidemioloog te zijn om te snappen dat het gebruik van het woord eindspel momenteel vooral een uiting is van hoop, wat het tot een soort Hollywoodwoord maakt. We zien allemaal uit naar een happy end, we willen allemaal dolgraag dat corona deze strijd verliest. Terwijl het virus natuurlijk ook nog zou kunnen winnen, of een remise eist, bijvoorbeeld via een nieuwe variant. De epidemioloog Jaap van Dissel noemde het huidige eindspeloptimisme daarom “struisvogelpolitiek”.


Wilt u automatisch op de hoogte worden gehouden van nieuwe afleveringen van WoordHoek? Schrijf u dan in voor Taalpost, de gratis e-mailnieuwsbrief van het Genootschap Onze Taal.

Ewoud Sanders is journalist en taalhistoricus. Hij schrijft elke week voor het Instituut voor de Nederlandse Taal.

Twitter: @ewoudsanders